FAQ Kandidaat-huurders
Hieronder beantwoordt de FEDSVK de vragen die kandidaat-huurders het meest stellen:
Hoe kan ik mij inschrijven om een woning via een SVK te huren? Is het mogelijk om me met één enkel formulier in te schrijven bij alle SVK’s?
De toelatingsvoorwaarden zijn helemaal dezelfde als deze voor sociale huisvesting (behalve een uitzonderlijke afwijking). Voor het indienen van uw aanvraag moet u rechtstreeks contact nemen met een SVK. Elk SVK heeft zijn eigen procedures. Er bestaat geen gecentraliseerde procedure noch een gemeenschappelijk inschrijvingsformulier voor alle SVK’s. Alle SVK’s mogen woningen beheren in de 19 gemeenten. Als u in een bepaalde gemeente of wijk wenst te wonen, dan dient u dit aan het SVK te melden op het moment dat u zich inschrijft.
Wat is het verschil tussen de SVK’s die “rechtstreeks” inschrijven en de SVK’s die “onrechtstreeks” inschrijven via partners?
Voor de inschrijving wordt er een onderscheid gemaakt tussen 2 categorieën SVK’s:
-
De SVK’s die “rechtstreeks” inschrijven: dit betekent dat iedereen die aan de toegangsvoorwaarden van sociale huisvesting beantwoordt, zich er mag inschrijven. Deze SVK’s kunnen u ontvangen tijdens openingsuren, op afspraak, enz.
-
De SVK’s die “onrechtstreeks” inschrijven via partnerdiensten: dit betekent dat deze SVK’s uitsluitend kandidaten inschrijven die voorafgaand werden geselecteerd door partnerdiensten van deze SVK’s. Dergelijke SVK’s richten zich niet tot een algemeen publiek, maar wel tot een specifieke doelgroep: kwetsbare mensen die een omvangrijkere en meer gespecialiseerde omkadering nodig hebben. Voor deze omkadering zal de partnerdienst van het SVK zorgen tijdens de volledige periode dat de woning wordt bewoond.
Hoelang duurt de wachttijd om een woning te krijgen?
Er bestaan geen statistieken over de wachttijden; we kunnen dus onmogelijk een antwoord op deze vraag geven
Hoe wordt de huur in de SVK’s berekend?
De SVK’s zetten woningen te huur waarvan ze geen eigenaar zijn. Het huurgeld dat door de huurder zal worden betaald, wordt bepaald volgens de huurprijs die er met de eigenaar van de woning werd afgesproken. In elk geval garandeert het SVK aan de huurder een bescheiden huurprijs die lager is dan deze van de huurmarkt. Bovendien kan de huurder een bijkomende vermindering genieten (d.w.z.: dat hij een lagere huur mag betalen dan de met de eigenaar overeengekomen huurprijs), maar deze vermindering zal hem enkel worden toegekend onder de strikte voorwaarde dat de huurder elk jaar aan het SVK het bewijsstuk van zijn inkomsten voorlegt (deze moeten overeenstemmen met de toegelaten inkomsten van sociale huisvesting).
Verhuren SVK’s transitwoningen en noodwoningen?
Sommige SVK’s hebben inderdaad transit- en/of noodwoningen, maar deze woningen vormen een minderheid. Bovendien zijn ze meestal afhankelijk van strikt bepaalde overeenkomsten, in die zin dat het SVK ze enkel toekent aan specifieke doelgroepen die worden omkaderd en begeleid door sociale partnerdiensten van het SVK. Met andere woorden, in de overgrote meerderheid van de gevallen werken SVK’s met wachtlijsten. Ze kunnen slechts heel moeilijk een antwoord op noodsituaties bieden.
Wat is het verschil tussen de Openbare vastgoedmaatschappijen (OVM’s) en de Sociale Vastgoedkantoren?
De OVM’s zijn Vastgoedmaatschappijen van de Overheid. Het zijn sociale verhuurders, d.w.z. dat ze eigenaar zijn van sociale woningen. De SVK’s daarentegen, zijn verenigingen die woningen te huur zetten waarvan ze zelf geen eigenaar zijn. De eigenaars van SVK-woningen zijn meestal particulieren met wie de SVK’s huurprijzen afspreken die lager zijn dan de prijzen van de huurmarkt. Dit met de bedoeling deze woningen ter beschikking te stellen voor mensen met een bescheiden inkomen. De SVK’s hanteren dus een totaal andere werkwijze dan de OVM’s. Kortom, ze werken met verschillende inschrijvingsprocedures, verschillende huurprijzen, verschillende huurcontracten, enz.
Zal ik verplicht zijn een huurwaarborg te betalen wanneer ik in de woning intrek?
Ja, het SVK zal u vragen om voor een huurwaarborg te zorgen, nog vooraleer u in uw woning intrekt. Deze waarborg kan een van de door de wet voorziene vormen aannemen: waarborg in één keer gestort op een individuele rekening (= 2 maand huur), een progressief samengestelde bankgarantie (= 3 maand huur), huurwaarborg afkomstig van een OCMW (= 3 maand huur). Een borgsom van een OCMW wordt enkel aanvaard wanneer deze som alle huurverplichtingen dekt met inbegrip van achterstallige huurgelden.